Ode aan mezelf

Ben je weleens trots? En durf je dat dan wel of niet van de daken te schreeuwen? Trots kan je verder helpen, mits gedoseerd, ontdekt journalist Maud Beucker Andreae.

Och, wat zat ik te glimmen, daar op de bank bij mijn zus. Ik had mijn eerste gepubliceerde artikel ooit in mijn handen. Ik zag mijn tekst, mijn naam (mijn naam!) erboven en de vormgeving, die de tekst pas echt tot een stuk maakte. Ik had de mijlpaal stiekem best met al mijn Facebook-vrienden willen delen. Maar het bleef bij een appje aan mijn ouders. Ja, ook als dertiger wil je die nog trots maken. Inmiddels ben ik een klein decennium verder en verhoud ik me anders tot mijn werk. Ten eerste maakt het me minder trots dan eerst (alles went, ook je naam in print), ten tweede vind ik het eenvoudiger om het van de digitale daken te schreeuwen. Nou ja, de volumeknop staat nog steeds niet op tien, maar zelfprofilering op LinkedIn of Instagram, best belangrijk voor een freelancer, heb ik wel onder de knie. Alleen die #trots krijg ik nog steeds mijn toetsenbord niet uit. Toch lijkt die hashtag, samen met #genieten, tot de meest gebruikte hashtags op social media te behoren. Onder een foto van het nieuwe huis of van de welbekende rugzak aan de vlaggenmast. Onder een foto van de finishende amateurmarathonloper (het liefst met tijd, mits die goed is) of van een zojuist verschenen roman. Al zijn we tegelijkertijd ambivalent over de trots-hashtag: naast veelgebruikt wordt ie ook veel verguisd. Waarom is dat?

Gezonde dosis trots

Het zit ’m allereerst in de mate van trots. ‘I could easily forgive his pride, if he had not mortified mine,’ zegt Elizabeth over Mr. Darcy in Jane Austens roman Pride and prejudice. Een tekort aan trots, begreep Elizabeth van nature, moet je niet willen. Een teveel evenmin, want dan kan er hoogmoed ontstaan, waarop Elizabeth haar Darcy bekritiseert. Maar met enige trots is niks mis, zegt Roos Vonk, sociaal psycholoog aan de Radboud Universiteit Nijmegen. “Als je positief over jezelf praat, appt of post, gebeurt er neurologisch hetzelfde als bij het drinken van een glas wijn of het eten van een stroopwafel: je beloningscentrum krijgt een impuls, het geeft een prettig gevoel. Een gezonde dosis trots maakt zelfverzekerd en verstevigt je ego.”

Maar wat is een gezonde dosis? Lastig, want het is ook een gevoelskwestie. Bij Donald Trump mocht het wel wat minder, met uitspraken als ‘Everything I touch turns into gold’. Uit onderzoek blijkt bovendien dat steeds meer jongeren lijden aan een bovenmatige zelfwaardering, en steeds narcistischer worden. Vonk: “Er is nog geen bewijs voor de relatie met social media, maar die lijkt mij niet ondenkbaar.”

Overmatige egostreling

Het moet gezegd: er wordt heel wat opgeschept op social media. Ik vraag me dan ook af hoe het kan dat de ego’s van bepaalde influencers nog niet uit elkaar gebarsten zijn. Sommige accounts zijn immers één grote ode aan hun eigenaars. Al kun je daar ook je vraagtekens bij plaatsen. Mensen die behoefte hebben aan overmatige egostreling hebben júíst last van een laag zelfvertrouwen, zegt de Britse psychiater en filosoof Neel Burton op het platform Psychology Today. Overmoed is hun manier om dat te compenseren, om zichzelf en anderen ervan te overtuigen dat ze respect en bewondering waard zijn.

Of trots acceptabel is, hangt overigens niet alleen van de mate af, maar ook van het soort trots dat je ervaart. De Vlaamse filosoof Martha Claeys schreef een proefschrift naar aanleiding van de vrouwenmars die werd georganiseerd na de verkiezing van de eerder genoemde Trump, waarin werd geprotesteerd tegen de seksistische uitspraken van de voormalig president van Amerika. “Toen ik meeliep in die vrouwenmars in Washington, zag ik een trots die samenhing met een gevoel van gelijkheid en verbondenheid,” vertelt ze als ik haar bel. “Een trots gebaseerd op zelfrespect. Die vrouwen kwamen op voor gelijke rechten en verzetten zich tegen een oneerlijke behandeling. De vorm van trots die ik daar voelde, was de katalysator voor protest. Die variant intrigeerde me, omdat ie niet voortkwam uit prestaties.” Black Lives Matters is volgens Claeys een ander voorbeeld van dat type trots: “Het zijn de lijnen die je trekt, waarmee je zegt: tot hier en niet verder. Voorwaarde is wel dat de demonstranten opkomen voor een onderdrukte groep, een minderheid.”

Good for you

Claeys onderzocht nog een ander soort trots, die een stap verder gaat dan zelfrespect: trots als gevolg van zelfliefde. “Een goed voorbeeld is de bodypositivity-beweging. Die richt zich niet alleen op de acceptatie van de vollere vrouw, maar wil het lijf echt vieren, in al zijn vormen. Of denk aan @menstruatiemeisjes, het Instagram-account dat schaamte over ongesteld zijn juist wil ombuigen naar trots.” Even voor de duidelijkheid: als vrouwen deze vorm van trots aanhangen, wil dat niet zeggen dat ze zichzelf zo geweldig vinden. Claeys: “Het is eerder zo dat je erkent wie je toevallig bent, zonder verontschuldiging, met al je gebreken.”

Hoewel ik persoonlijk niet dol ben op de kreet ‘gepaste trots’ (je zult mij die niet zien gebruiken bij een post), draait het daar uiteindelijk wel om. En om oprecht trots te kunnen zijn, moet er eerst gezwoegd worden, vinden we over het algemeen. Je hoeft ook weer geen wereldprestatie neer te zetten à la Ireen Wüst op de Olympische Spelen, maar het helpt wel als er bloed, zweet en tranen vooraf zijn gegaan aan een uiting van trots. Toen ik laatst bij een post van een vriendin de tekst ‘een belachelijk gelukkig gezin’ las, had ik daar geen enkele moeite mee. Ik weet dat ze jaren van pech en ongeluk achter de rug heeft, dus gun ik haar het geluk meer dan van harte.

Misplaatst

Publiekelijk trots op een ander zijn, is dan weer tricky business. Dat valt zelden in goede aarde volgens Claeys. “Als het niet echt aan jou is, en je toch het woord trots gebruikt, kan het vreemd en opdringerig overkomen.” Hoort iemand niet echt bij jouw intieme vriendenkring, dan kun je beter je trots over diegene temperen, anders kan het worden opgevat als een misplaatste vorm van zelfwaardering. Je hebt eenvoudigweg niet de positie om je dat te permitteren. En na een voorstelling zeg je niet tegen een acteur in de foyer ‘ik ben trots op je’ als je eigenlijk bedoelt ‘ik bewonder je’.

Of je trots kunt zijn op jezelf, jezelf goed genoeg vindt, hangt ook samen met je hechting, volgens deskundigen. Als anderen – ouders, vrienden – er vroeger niet (voldoende) voor je waren, zou je kunnen concluderen dat je niet de moeite waard bent. Een gevoel dat de rest van je leven kan doorwerken. Dat gevolg wordt overigens niet voorkomen als een kind voortdurend hoort hoe trots zijn ouders zijn. Volgens psycholoog en auteur van opvoedkundige boeken Carl Pickhardt zeg je als ouder dan eigenlijk ‘ík heb het goed gedaan’ en dat voelt het kind. Het is een vorm van zelf-felicitatie, die bovendien druk legt op de kinderschouders. Met ‘good for you!’ betrek je de prestatie op het kind en haal je het weg bij jezelf, verduidelijkt Pickhardt in interviews.

Bescheiden blaten

Er is nog een valkuil, die de laatste tijd nogal eens opduikt. De ‘humblebrag’, vrij te vertalen als ‘bescheiden blaten’.Voorbeelden zijn de zogenaamd lelijke ‘woke up like this’foto’s, die allesbehalve beschamend zijn. Of mensen die bij een bloedmooie foto schrijven dat ie puur en alleen te danken is aan de perfecte lichtval en de briljante fotograaf. Ook echt voorbij zien komen: ‘Help, mijn peuter leest zichzelf hardop voor uit Jip en Janneke, hoe moet ik hiermee omgaan?’ “Bij humblebragging wil de opschepper melding maken van zijn kwaliteiten, maar tegelijkertijd sympathiek overkomen,” zegt Claeys, “maar de ontvangers trappen daar niet in, die voelen haarfijn aan dat ze met valse bescheidenheid te maken hebben.”

Al met al lijkt trots vooral een interactieve emotie, iets om naar de buitenwereld te communiceren. Terwijl er toch ook een individuele kant aan zit, als je het mij vraagt. Zou ik bijvoorbeeld mijn fiets zelf gerepareerd hebben of een bug van mijn website hebben gefixt (allebei zeer onwaarschijnlijk), dan zou ik mezelf een oprechte schouderklop geven, zonder de behoefte te voelen om het aan de grote klok te hangen. Hoewel… Misschien zou ik wel even mijn vriend bellen om het heugelijke feit te melden.

Meer lezen

Schrijf een brief aan jezelf.
Hoe je minder streng kunt zijn voor jezelf.
Wat is de zelfkennismethode.

Tekst Maud Beucker Andreae  Illustratie Stephanie Ginger

Scroll naar boven